Hoe werken wij samen?

Begroting 2021: Hoe werken wij samen?

Terug naar navigatie - Begroting 2021: Hoe werken wij samen?

Wij geloven in de kracht van onze dorpen, onze inwoners, onze ondernemers en onze maatschappelijke organisaties. Samen denken we na over leefbaarheid en maken we keuzes voor de toekomst. De inwoners spelen hierin de hoofdrol. De inwoners kunnen in veel gevallen problemen beter oplossen dan de overheid. Die handschoen pakken de inwoners veelvuldig op. In Mijn Dorp 2030 denken alle kernen na over de leefbaarheid in hun dorp. Ideeën worden omgezet in concrete acties en samen is de agenda voor de komende periode opgesteld. Van de gemeente vraagt het om niet alles dicht te regelen, maar juist initiatieven te faciliteren, te inspireren en motiveren om nieuwe en betere antwoorden te vinden op gemeenschappelijke uitdagingen. Een daadkrachtige partner is wat we willen zijn, die ruimte geeft en voorwaardenscheppend is voor het initiatief. Deze manier van werken zijn we de afgelopen jaren met elkaar aangegaan en willen wij voortzetten en verbeteren.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Om in de toekomst de juiste ondersteuning te bieden aan de samenleving, vraagt dit van de gemeente  om een doorontwikkeling in de manier van werken met de samenleving.  De eerste periode heeft in het teken gestaan van aanjagen en stimuleren. Ideeën zijn ontwikkeld en de eerste concrete acties zijn een feit. De fase waarin we ons in 2021 bevinden richt zich ook op spiegelen, keuzes maken en prioriteiten stellen. De juiste dingen  doen voor de leefbaarheid in de dorpen. In eerste instantie heeft de samenwerking met de samenleving vooral vorm gekregen via Mijn Dorp 2030. In 2019 is het een manier van werken die verankerd moet worden in de gehele organisatie. Van onze eigen ambtelijke organisatie vraagt dit een bewustwordingsproces en een aanpassing op onze manier van werken. Wij willen daarin het volgende bereiken.

  1. Bij alle veranderingen en/of initiatieven waarbij wij keuzemogelijkheden hebben, vindt een bewuste afweging van onze rol plaats. Wie willen we zijn en wat betekent dit in de rol die wij aannemen. Deze rol is maatwerk: soms voeren we de regie, in andere gevallen zijn wij ook één van de spelers. Er bestaat niet één ideale of beste rol. Dit kan per beleidsvorming, kern en initiatief verschillen.
  2. Van debat naar dialoog: bij elk initiatief of project wordt een dialoog gevoerd over de meerwaarde en de duurzaamheid. Als gemeente spiegelen, stellen wij vragen ter overweging bij elk initiatief. Wij willen een volwaardige gesprekspartner zijn. Vanuit het goede gesprek de juiste inhoud op tafel. Hierbij is de rol van de raad ook aan verandering onderhevig. De raad wil daarom het besluitvormingsproces meer laten aansluiten bij de samenleving. 
  3. Op thema’s als duurzaamheid en gezondheid stimuleren wij initiatieven vanuit de samenleving. Toelichting: deze thema’s hebben extra stimulans nodig, omdat het op deze thema’s moeilijker blijkt om initiatieven op te ontwikkelen. Op de andere beleidsthema’s, zoals voorzieningen, zijn we hierin al meer vertrouwd. 
  4. Wij zijn een daadkrachtige partner voor de lokale samenleving. Daadkracht is doen wat nodig is, met voortdurend een focus op de resultaten en effecten die we met elkaar willen bereiken. Hierbij past geen risicomijdend gedrag en regelzucht, maar lef, creativiteit, denken in mogelijkheden en uitdagingen en ruimte voor de samenleving om met elkaar te kunnen vaststellen of we onze ambities behalen. De samenleving weet wat ze van de gemeente kan verwachten en de gemeente voldoet hieraan. Dit is ook de manier van werken die wij bij de invulling van de Omgevingswet gaan toepassen. Dit vraagt ook voor de samenleving en alle medewerkers van Noaberkracht om dezelfde visie en het juiste gereedschap, zodat wij met plezier de juiste dingen doen voor de samenleving. Daarom willen wij ook inzetten op de  juiste kennis, vaardigheden en competenties.
  5. De rol van de buurtmannen en –vrouwen wordt versterkt en er wordt ingezet op een "MAT-proof" organisatie. De gemeente wil de rol en betekenis van buurtmannen en -vrouwen als partner voor de dorpen versterken. De buurtmannen en –vrouwen zijn een waardevolle verbinding tussen samenleving en gemeente. Zij vormen de toegang, de schakel tussen beide partijen en zorgen voor partnerschap in de samenwerking.
  6. Een andere manier van werken vraagt ook om het verkennen van andere manieren van financieren. De gemeente wil graag samen met inwoners, ondernemers en organisaties experimenteren met de burgerbegroting en de Right to Challenge. Bij de Burgerbegroting mogen inwoners zelf beslissen waaraan het gemeentelijk budget wordt besteed. Right to Challenge houdt in dat inwoners taken van de overheid kunnen overnemen als zij denken dat het anders, beter en/of goedkoper kan.
  7. Implementeren van de Omgevingswet. Het landelijke uitgangspunt is om vanuit ambitie en algemene regels gebiedsgericht te gaan werken. De Omgevingswet is veel meer dan een juridische exercitie. De wet vraagt van gemeenten een andere manier van denken en werken door de integrale benadering van de leefomgeving, meer bestuurlijke afwegingsruimte, meer nadruk op participatie en samenwerking, en de benadering vanuit de initiatiefnemer. Hierbij wordt nauw aangesloten bij de werkwijze die vanuit MijnDorp2030 ontstaan is.

Tweede fase Mijn Dorp 2030/Maatschappelijk Akkoord Tubbergen: op energie voortbouwen
De processen Mijn Dorp 2030 en het MAT maken veel energie los in de kernen. Samen met inwoners kijken we naar wat belangrijk is om de kernen binnen onze gemeente op lange termijn leefbaar te houden. Iedere kern werkt, in haar eigen tempo, met haar eigen kernagenda aan de opgaven voor het dorp. We zien veel initiatieven en projecten tot ontwikkeling komen. We zien in meer en mindere mate dat ook een verbinding wordt gelegd met onze grotere maatschappelijke opgaven. Dat is positief. De uitdaging voor de komende jaren is gelegen in het nog sterker leggen van deze verbanden en het gesprek daarover voeren met de kernen. Dat vraagt een andere rolneming: meer vanuit gelijkwaardigheid samenwerken.

We zijn daarmee in een tweede fase van het proces Mijn Dorp 2030/MAT gekomen, waarbij we nieuwe keuzes moeten maken en onze huidige kaders tegen het licht houden. In 2020 zijn verschillende heisessies gehouden met college en gemeenteraad en er zijn gesprekken gevoerd met inwoners over het huidige proces van Mijn Dorp 2030 en het Maatschappelijk Akkoord. Er is gesproken over wat goed gaat en welke verbeterpunten er zijn. Dit is gedaan op de onderdelen proces en rolneming, inhoud en financiën. Verschillende aandachtspunten zijn naar voren gekomen die in 2021 verder worden uitgewerkt. Belangrijkste aandachtspunten waar het college samen met de gemeenteraad  aandacht voor wil hebben en met inwoners het gesprek over heeft gevoerd zijn: 

  1. Aan de voorkant het gesprek voeren
  2. Het gesprek voeren op inhoud  (maatschappelijke doelen voorop)
  3. Aandacht voor wat op lange termijn van belang is voor een dorp
  4. Draagvlak voor een initiatief
  5. Mate van cofinanciering

Hoe gaan we dat bereiken?

Terug naar navigatie - Hoe gaan we dat bereiken?

De ontwikkelingen in en met samenleving leiden tot een andere vorm van organisatie, een andere werkwijze, andere vormen van samenwerking en financiering. Als gemeentelijke organisatie moeten we hier mee aan de slag. Het is nodig om binnen de gehele organisatie te professionaliseren en dat bestaat uit de volgende onderdelen: bestuursstijl, communicatie, medewerkers, financiën, (be)sturing, maatschappelijke partners en een instrumentenkoffer. Hieronder is het schematisch weergegeven en staat beschreven aan welke punten we moeten werken om nog meer dan nu een daadkrachtige partner van de samenleving te kunnen zijn.

Wat willen we bereiken

Om de manier van werken te bestendigen in de gehele organisatie gaan  wij in 2021 inzetten op:

  1. ‘Instrumentenkoffer’:

    • Ontwikkeling van een instrumentenkoffer 1.0: we ontwikkelen instrumenten die we kunnen gebruiken bij de samenwerking met de samenleving. De koffer bestaat in ieder geval uit de volgende onderdelen:

      • Wijze van samenwerking met de samenleving: Handleiding om een bewuste afweging te maken bij alle beleidsvormingen en initiatieven uit de samenleving, waarbij wij keuzemogelijkheden hebben, over de wijze van samenwerking (meer aan de voorkant).

      • Instrument waardebepaling door ontwikkelen en toepassen.
      • (Menselijke) toolkit (vouchers) waar de buur(t)mannen en -vrouwen en andere medewerkers uit kunnen putten om de kernen zo goed mogelijk te kunnen ondersteunen, op basis van de behoefte (bijvoorbeeld de inzet van adviseurs).

  2. Bestuursstijl:

    • Betrekken gemeenteraad en rolbepaling: de gemeenteraad is betrokken bij initiatieven uit de samenleving en bepaalt hun rol hierin.  
    • Verkennen hoe het besluitvormingsproces beter kan aansluiten op de nieuwe manier van werken. Zodat ook zichtbaarheid, laagdrempeligheid van de raad en de rol van volksvertegenwoordiger naar volksverbinder beter tot zijn recht komt.

  3. Medewerkers:

    • Doorontwikkeling  samenlevingsgerichte competenties: werken aan een "MAT-proof" organisatie.

      • De vakspecialisten zijn zich bewust van de stakeholders en communiceren proactief passend bij de behoefte van de stakeholders.
      • Het taalgebruik van medewerkers sluit aan bij de leefwereld van de partners en inwoners.

      • Meer bewuste rolneming door medewerkers ten aanzien van partners en inwoners.
      • Meer integrale afweging bij bestuurlijke advisering.
  4. Financiering:

    • Het eenduidig en transparant organiseren van financieringsvormen voor de samenleving als randvoorwaarde om nieuwe vormen in de toekomst te kunnen toetsen en ontwikkelen (bijvoorbeeld het verbreden van het stimuleringsfonds sociaal domein naar een leefbaarheidsfonds).

        5.(Be)sturing: 

  • Herijken van de uitgangspuntennotitie Mijn Dorp 2030. Wij en ook de samenleving hebben ons doorontwikkeld. Dit vraagt ook om een herijking van de uitgangspunten.

De sturing op deze inspanningen vindt deels plaats binnen het programma Participatieprocessen en deels binnen het programma Ontwikkeling Noaberkracht (verder uitgewerkt in de begroting Noaberkracht).

Omgevingswet

Terug naar navigatie - Omgevingswet

Afgelopen jaar is besloten dat de inwerkingtreding van de Omgevingswet opschuift naar 1 januari 2022. Naast de wetswijziging met juridische gevolgen sluit de Omgevingswet aan op de manier waarop wij participeren in de samenleving. Het raakt een groot aantal beleidsvelden en stelt de inbreng van de gemeenschap centraal. Op bepaalde gebieden werken wij nu al volgens de geest van de wet. Dat zullen we in 2021 zeker doorzetten om goed voorbereid te zijn op de inwerkingtreding van de wet. 

Kort samengevat bestaat de opgave grofweg uit drie elementen:

  • Beleidsvernieuwing. De inzet van zes kerninstrumenten voor het hele fysieke domein: omgevingsvisie, decentrale regels (zoals het omgevingsplan op gemeentelijk niveau), programma’s, algemene rijksregels, omgevingsvergunning en het projectbesluit. De gemeente Tubbergen gaat begin 2021 de Omgevingsvisie afronden en zal medio 2021 de Uitgangspuntennotitie voor het Omgevingsplan opleveren.
  • Organisatie en werkwijze. De wet vraagt van gemeenten een andere manier van denken en werken door de integrale benadering van de leefomgeving, meer bestuurlijke afwegingsruimte, meer nadruk op participatie en samenwerking en de benadering vanuit de initiatiefnemer. De gemeente Tubbergen zorgt in 2021 voor verdere opleiding en bewustwording van het personeel en het door ontwikkelen van werkwijzen. Ook zal het projectteam de consequenties van de inwerkingtreding op de organisatie en daarmee de financiën en de formatie in kaart brengen.
  • Informatie en techniek. Het Digitaal Stelsel Omgevingswet is het nieuwe online loket dat de centrale plek is waar alle digitale informatie over de fysieke leefomgeving straks samenkomt. Hier kunnen initiatiefnemers, overheden en belanghebbenden zien wat kan en mag in de fysieke leefomgeving. De gemeente Tubbergen is in 2020 voor aangesloten op het Digitaal Stelsel Omgevingswet. In 2021 wordt er geoefend en doorontwikkeld zodat op 1 januari 2022 het goed ingeregeld is.
Terug naar navigatie - Trends en ontwikkelingen

Het proces Mijn Dorp 2030 en het MAT is een aantal jaren geleden ingezet en feitelijk onderdeel geworden van de bestuursstijl van de gemeente Tubbergen: samen met inwoners nadenken over en keuzes maken voor de toekomst. In 2020 zijn verschillende heisessies gehouden met college en gemeenteraad. Er is gesproken over wat goed gaat in het proces en welke verbeterpunten er zijn. Verschillende aandachtspunten zijn naar voren gekomen, onder andere:

  1. Aan de voorkant het gesprek voeren.
  2. Het gesprek voeren op inhoud (maatschappelijke doelen voorop).
  3. Aandacht voor wat op lange termijn van belang is voor een dorp.
  4. Draagvlak voor een initiatief.
  5. Mate van cofinanciering.

Hierover gaat de gemeenteraad in gesprek met de kernen: hoe ervaren zij het proces, wat gaat goed en wat kan beter? Doel is om gezamenlijk afspraken te maken voor de komende periode. Daarbij spelen ook de vragen: Welke gemeente willen we zijn? Welk gedachtegoed willen we uitstralen? Welke stappen moeten we zetten om daar te komen? Wie heeft waarin welke rol?

Conclusie

Terug naar navigatie - Conclusie

We zijn in een volgende fase van het proces Mijn Dorp 2030 en het MAT gekomen. De afgelopen jaren zijn stappen gezet in het meer samenlevingsgericht werken. Dit heeft ook ervoor gezorgd dat de opzet van het huidige programma ‘hoe werken we samen’ niet meer volledig en actueel is. Bij de begroting 2022 zal dit worden geactualiseerd. De uitkomsten van de heisessie en de kerngesprekken zullen hierin worden meegenomen.