Financieel hoofdstuk

Mutaties bestaand beleid (tweede programmajournaal 2021)

Mutaties bestaand beleid (tweede programmajournaal 2021)

Terug naar navigatie - Mutaties bestaand beleid (tweede programmajournaal 2021)

In dit financiële hoofdstuk treft u een samenvattend overzicht aan van de verschillende financiële mutaties voor het jaar 2021 op basis van bestaand beleid. Dit kunnen autonome ontwikkelingen zijn of zaken waarover reeds besluitvorming heeft plaatsgevonden. Daarnaast hebben we in dit hoofdstuk een afzonderlijke paragraaf opgenomen waarin de voortgang en de stand van zaken van de stelpost corona wordt weergegeven.


We beginnen dit hoofdstuk echter met een overzicht van mutaties die betrekking op het bestaande (dus vastgestelde) beleid:

Omschrijving  bedragen (x €1.000)
Meicirculaire 2021  
 - Hogere algemene uitkering            819
 - Taakmutaties           -698
Extra compensatie inkomstenderving 2020               77
Onderwijshuisvesting - school Geesteren               50
Juridische kosten             -41
Veiligheidsregio Twente - restitutie 2020               60
Sociaal domein             -32
Dividenden  
 - Twence               24
 - Wadinko             -23
 - Eenmalig extra dividend Cogas         1.727
Huwelijken             -16
Btw op aangelegde rioolvoorziening  terrein externe partij               35
Overige kleine(re) mutaties en onvoorzien               -17
Totaal mutaties         1.965

Toelichtingen mutaties bestaand beleid

Toelichtingen

Terug naar navigatie - Toelichtingen

Meicirculaire 2021

De meicirculaire 2021 laat voor het jaar 2021 het volgende beeld zien:

Meicirculaire 2021 (bedragen x €1.000) 2021
Hogere algemene uitkering             819
Totaal taakmutaties           -698
Budgettair effect op de begroting              121

 

Hogere algemene uitkering

De hogere algemene uitkering voor het jaar 2021 wordt naast een voordelige afrekening van het BTW compensatiefonds over het jaar 2021 en een aanpassing van de maatstaven waaronder ook de WOZ waarden vooral veroorzaakt door de verdeling van de extra € 600 miljoen voor jeugd.

 

Taakmutaties (bedragen x €1.000) 2021
Aanpak problematiek  jeugdzorg (€ 600 miljoen)  
 - verdringing en lichte jeugdzorgproblematiek 197
 - wachttijden specialistische jeugdzorg 173
Indexeren loon- en prijsgevoelige budgetten Sociaal Domein 190
Rijksvaccinatieprogramma meningokokken 5
Versterking gemeentelijke antidiscriminatie-voorziening 9
Vergoeding raadsleden kleine gemeenten (IU) 7
Inburgering (IU) 3
Participatie (IU) 114
Totaal taakmutaties 698


Aanpak problematiek jeugdzorg

De extra middelen voor de aanpak van de problematiekjeugdzorg komen voor de gemeente Tubbergen neer op de volgende bedragen:

  • Verdringing en lichte jeugdzorgproblematiek € 197.000
  • POH jeugd GGZ € 9.000
  • Wachttijden specialistische jeugdzorg € 173.000

 

De middelen die we nu ontvangen voor de POH jeugd GGZ merken we aan als compensatie voor de kosten die we hiervoor reeds maken en dekken ten laste van de algemene middelen. Voor de beide andere onderdelen van de aanpak problematiek jeugdzorg ramen we een stelpost in afwachting van meer duidelijkheid/te ontwikkelen beleid.

 

Taakmutatie loon- en prijsbijstelling sociaal domein:

In de meicirculaire 2018 is met ingang van uitkeringsjaar 2019 ± € 7 miljard overgeheveld van de integratie-uitkering sociaal domein naar de algemene uitkering.

 

Dit betekent dat de loon- en prijsbijstelling voor het sociaal domein uit de algemene uitkering betaald moet worden. Om dus de balans te behouden moet tegelijk met de hogere inkomsten ook de hogere uitgaven worden geraamd, anders reken je je rijk. Structureel wordt rekening gehouden met € 190.000 vanaf 2021 wat nu functioneel kan worden toegevoegd aan de verschillende ramingen binnen het sociaal domein.

 

Taakmutatie rijksvaccinatieprogramma meningokokken

Met ingang van 1 januari 2021 wordt de uitvoering van de vaccinatie tegen meningokokken (MenACWY) overgedragen aan de gemeenten. De daarmee gemoeide middelen worden toegevoegd aan de reeds eerder overgehevelde middelen voor de uitvoering van het rijksvaccinatieprogramma (RVP). Het gaat om € 3,74 miljoen in 2021, oplopend naar € 3,87 miljoen structureel vanaf 2024. Voor de gemeente Tubbergen gaat het om een bedrag van € 5.000 per jaar waarvoor we een stelpost ramen in afwachting van te ontwikkelen beleid.

 

Taakmutatie versterking gemeentelijke anti-discriminatievoorziening

In haar reactie op het rapport Ongekend onrecht van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag  heeft het kabinet aangekondigd structurele middelen vrij te maken voor de aanpak van discriminatie, waaronder de versterking van de antidiscriminatie-voorzieningen (ADV). In 2009 is de Wet gemeentelijke antidiscriminatie-voorzieningen (Wga) in werking getreden. Het doel van deze wet is een landelijk dekkend stelsel van meldpunten voor onafhankelijke bijstand aan slachtoffers van discriminatie en de registratie van klachten over discriminatie. Alle gemeenten zijn verplicht te voorzien in een ADV. Voor de uitvoering van de Wga is in 2009 een bedrag toegevoegd aan de algemene uitkering. Uit onderzoeken blijkt dat deze huidige financiering voor de uitvoering van de Wga-taken al enige jaren tot knelpunten leidt. De meeste ADV’s zijn op dit moment zeer krap bemeten en bij het grotere publiek relatief onbekend. Om die reden wordt er vanaf 2021 structureel ruim € 6,9 miljoen extra aan de algemene uitkering toegevoegd, zodat de ADV’s ruimere budgetten kunnen krijgen om meer activiteiten te kunnen ontplooien, om zodoende een betere beschikbaarheid en bereikbaarheid voor melders mogelijk te maken. Deze ruimere budgetten zijn ook nodig om de door uitvoeringsorganisaties doorverwezen melders te kunnen bijstaan. Deze structurele extra bijdrage komt neer op meer dan een verdubbeling van de middelen. De financiering van de organisatie van en het toezicht op de ADV’s zal, als onderdeel van de aangekondigde versterking van de aanpak van discriminatie, het komende jaar onderzocht worden. De uitkomsten van het onderzoek kunnen mogelijk leiden tot wijzigingen. Als dit nodig blijkt te zijn, zullen gemeenten tijdig geconsulteerd en geïnformeerd worden. Voor de gemeente Tubbergen gaat het om een bedrag van € 9.000 extra per jaar waarvoor we een stelpost ramen in afwachting van te ontwikkelen beleid.

 

Taakmutatie raadsledenvergoeding kleine gemeenten

In de decembercirculaire 2018 zijn gemeenten geïnformeerd over de structurele verhoging van de raadsledenvergoeding in gemeenten tot 24.000 inwoners. De fondsbeheerders hebben ervoor gekozen om de middelen toe te kennen via een integratie-uitkering. Het benodigde bedrag van € 9,76 miljoen is vanaf 2019 onttrokken aan de algemene uitkering via een verlaging van de uitkeringsfactor. Bij deze circulaire is de integratie-uitkering geactualiseerd. Dit heeft tot gevolg dat de uitkering vanaf 2021 met € 0,30 miljoen toeneemt naar in totaal € 10,07 miljoen. De hogere vergoeding voor de gemeente Tubbergen bedraagt € 7.000 en voegen we toe aan de betreffende raming vergoeding raadsleden.

 

Taakmutatie Inburgering

De inwerkingtreding van de nieuwe inburgeringswet is met een half jaar uitgesteld naar 1 januari 2022. Voor de omvang van de integratie-uitkering Inburgering betekent dit het volgende. Bij meicirculaire 2020 is vanaf 2021 structureel budget toegevoegd ter financiering van de uitvoeringskosten van de nieuwe wet. Nu de wet is uitgesteld valt de instroom van inburgeraars in 2021 niet onder de nieuwe wet, maar onder de oude wet. Om die reden wordt de integratie-uitkering Inburgering in 2021 met € 26,9 miljoen verlaagd  Dat is het bedrag dat voor dat jaar voor de uitvoeringskosten beschikbaar was gesteld. De bedragen voor de structurele uitvoeringskosten vanaf 2022 en verder blijven ten opzichte van de decembercirculaire 2020 ongewijzigd. Dat geldt ook voor de verdeling over gemeenten. De verdeling voor 2022 en verder zal naar verwachting in de decembercirculaire 2021 worden geactualiseerd, als van zowel het aantal inwoners als het aantal personen met een niet-westerse migratieachtergrond nieuwe gegevens voorhanden zijn.  Als gevolg van het uitstel wordt aan gemeenten een aanvullend bedrag ter beschikking gesteld van € 29,4 miljoen, verspreid over 2021 tot en met 2026.   Tot slot worden gemeenten ook gecompenseerd voor de extra implementatiekosten waar zij mee te maken hebben door het uitstel van de nieuwe wet.  De betreffende Tubbergse bedragen worden toegevoegd aan de stelpost inburgering waar ook de eerdere bedragen zijn geraamd. Ook hiervoor geldt in afwachting van te ontwikkelen beleid. De integratie-uitkering zal onder het voorbehoud van de besluitvorming over de herijking van het gemeentefonds  naar verwachting vanaf 2023 worden overgeheveld naar de algemene uitkering.

 

Taakmutatie Participatie

De omvang van de integratie-uitkering Participatie wijzigt door de toekenning van de loon- en prijsbijstelling 2021. De Wsw-middelen zijn geactualiseerd. Deze is gebaseerd op de gerealiseerde omvang van de sociale werkplaatspopulatie (gemeten in standaardeenheden (SE) per betalende gemeente) zoals we die kennen uit het voorgaande jaar en een inschatting van de blijfkansen in de sociale werkplaats. De Wsw-verdeling vanaf 2020 is geactualiseerd met de realisaties van het gemiddeld aantal SE in 2019 en de blijfkansen voor de jaren 2020 en verder. De genoemde Tubbergse  bedragen worden toegevoegd aan de betreffende ramingen op het gebied van participatie. 

 

Vaststelling compensatie inkomstenderving Corona 2020

In juli 2021 heeft de rijksoverheid een aanvullende regeling genaamd "compensatie inkomstenderving Corona 2020" bekend gemaakt . Uitgangspunt is reële compensatie van de door gemeenten gederfde inkomsten door corona in 2020. De gederfde inkomsten worden berekend door de door gemeenten begrote inkomsten af te zetten tegen de door gemeenten volgens de jaarrekening 2020 geïnde inkomsten. Na vaststelling van de totaal gederfde inkomsten zal het totale reeds door de betreffende gemeente ontvangen compensatiebedrag in 2020 hierop in mindering worden gebracht.


De compensatie betreft de volgende posten: toeristenbelasting, parkeerbelasting, terrasprecario- en reclamebelasting, marktgelden, evenementenleges, havengelden en kwijtschelding / oninbaar verklaren lokale heffingen als gevolg van corona. Voor de gemeente Tubbergen betekent dit een aanvullende compensatie van € 77.000 die we in het vervolg van dit hoofdstuk betrekken bij de hoogte van de stelpost corona.. Deze aanvullende compensatie heeft betrekking op leges burgerzaken en leges bouwen en wonen (€67.000) en evenementen leges (€ 10.000).

 

Onderwijshuisvesting - school Geesteren

De verwachting is op dit moment niet dat eventuele investeringen in de basisscholen zullen leiden tot boekwaarden per 1 januari 2023 waarop moet worden afgeschreven. Dit betekent een verlaging van de stelpost kapitaallasten van € 50.000 in 2021. De structurele ruimte voor de daarop volgende jaren blijft uiteraard wel gereserveerd. De gevolgen hiervan voor de begroting 2022 betrekken we bij het opstellen van de begroting 2022.

 

Juridische kosten

In onze begroting hebben we een budget van € 10.000 voor algemeen juridische kosten. Dit budget is inmiddels met € 41.000 overschreden door een juridisch geschil wat nu bij de bestuursrechter ligt.

 

Veiligheidsregio Twente (VRT) - restitutie 2020

De VRT heeft het boekjaar 2020 afgesloten met een fors positief saldo van €2,4 miljoen. Dit financiële resultaat is flink beïnvloed door corona. COVID heeft wel een nadelige impact gehad op de resultaten van Twente Safety Campus (TSC). Een groot deel van de orderportefeuille voor 2020 is noodgedwongen geannuleerd. De vaste lasten van de campus zijn daardoor niet volledig terugverdiend. Dit heeft geresulteerd in een nadelig saldo over 2020 van €0,6 miljoen. Bij vaststelling van de BERAP is akkoord gegaan met het voorstel om met het positieve saldo van VRT het nadelige resultaat van TSC te egaliseren. Verder is op het niveau van Oost Nederland (Bestuurlijke Begeleidingsgroep Oost Nederland) besloten om de niet-bestede gelden voor uitvoering van de Veiligheidsstrategie (€0,1 miljoen) te doteren in een gelijknamige reserve. Wat dan nog resteert is een rekening overschot van € 1,7 mln. De VRT heeft in de jaarstukken 2020 het voorstel opgenomen om deze middelen te restitueren aan de gemeenten. Inmiddels is dat voorstel akkoord bevonden. Voor Tubbergen betekent dit een restitutie van € 60.000 die we in het vervolg van dit hoofdstuk betrekken bij de hoogte van de stelpost corona.

 

Sociaal domein 

Hieronder het totaaloverzicht van alle mutaties binnen het programma sociaal domein (basisbegroting) in het tweede programmajournaal 2021. De mutaties > € 25.000 zijn voorzien van een toelichting.

Onderdeel (bedragen x €1.000) Bedrag
Bijstand – WWB, IOAW, IOAZ -29
Bijstand – loonkostensubsidies 30
Bbz – uitvoeringskosten 17
Wsw: rijksbijdrage -46
Uitvoeringskosten OZJT -18
Huishoudelijke ondersteuning 40
Wmo – ondersteuning individueel -64
Wmo – ondersteuning groep 48
Wmo – vervoer -17
Jeugdzorg – uitvoeringskosten -68
Jeugdzorg – afrekening pgb 2018 t/m 2020 102
Jeugd aan zet -10
Indexatie bibliotheek -20
Kleine wijzigingen 3
Eindtotaal -32
Waarvan corona gerelateerd -69

 

Bijstandsuitkeringen (per saldo € 1.000 nadeel)

Er zijn twee mutaties met betrekking tot de bijstand uitgaven:

  1. De raming voor de bijstandsuitkeringen Participatiewet, IOAW en IOAZ is gebaseerd op een gemiddelde van 130 uitkeringen met een uitkeringslast van € 14.650 per uitkering in 2021. In de eerste helft van 2021 zijn er fluctuaties geweest in het aantal bijstandsuitkeringen. Op basis van de huidige gegevens wordt een gemiddeld aantal uitkeringen van 132 verwacht. Dit betekent een nadeel van € 29.000.
  2. De uitgaven m.b.t loonkostensubsidies garantiebanen blijven achter bij de begroting. Dit levert een voordeel op van € 30.000.

 

Sociale werkvoorziening (€ 46.000 nadeel)

In de meicirculaire is het bedrag dat de gemeente Tubbergen per arbeidsjaar voor Wsw-medewerkers van het Rijk ontvangt naar boven bijgesteld. Daarnaast zijn ook het aantal arbeidsjaren naar boven bijgesteld (ten opzichte van de meicirculaire 2020). De gemeente Tubbergen ontvangt dus een hogere rijksbijdrage.

 

De uitgavenraming is gebaseerd op het verwachte aantal arbeidsjaren x het bedrag per arbeidsjaar. Dit bedrag is niet altijd conform de rijksvergoeding, maar soms hoger of lager. Het meerdere of mindere werd gesaldeerd met de algemene middelen. Dit levert veel fluctuaties op. Met ingang van de meicirculaire 2021 passen we de begrotingssystematiek aan en ramen we het bedrag van de rijksvergoeding ook als uitgaaf. Iedere bijstelling van de rijksbijdrage betekent dan een neutrale verwerking in onze begroting. Dit betekent dat eenmalig nog saldering met de algemene middelen moet plaatsvinden, om de uitgavenraming en rijksbijdrage aan elkaar gelijk te kunnen stellen. Voor 2021 betekent dit een nadeel van € 46.000.

 

Huishoudelijke ondersteuning (€ 40.000 voordeel)

Het voordeel op huishoudelijke ondersteuning van € 40.000 wordt veroorzaakt door een afrekening van de voorschotten pgb versus de werkelijke kosten over de jaren 2018 t/m 2020.

 

Wmo ondersteuning individueel (€ 64.000 nadeel)

Het voordeel op Wmo ondersteuning individueel bestaat uit twee componenten:

  1. Een afrekening van de voorschotten pgb versus de werkelijke kosten over de jaren 2018 t/m 2020. Dit levert een voordeel op van € 17.000.
  2. Wat betreft de ontwikkeling van het aantal cliënten signaleren we gedurende het eerste half jaar enerzijds een toename van het aantal cliënten met ondersteuning 1. Deze instroom is mogelijk het gevolg van de coronacrisis. Daarnaast is het aantal cliënten op ondersteuning 2 stabiel, maar hoger dan begroot. Deze ontwikkelingen leiden tot een nadeel van ca. € 81.000. Daarbij moet opgemerkt worden dat een onzekere factor de mate van verzilvering van de indicaties is, in verband met de coronacrisis. Op dit moment wordt uitgegaan van een verzilvering conform begroot.

 

Wmo ondersteuning groep (€ 48.000 voordeel)

Het voordeel op Wmo ondersteuning groep bestaat uit twee componenten:

  1. Een afrekening van de voorschotten pgb versus de werkelijke kosten over de jaren 2018 t/m 2020. Dit levert een voordeel op van € 3.000.
  2. Wat betreft de ontwikkeling van het aantal cliënten signaleren we gedurende het eerste half jaar zowel een afname van het aantal cliënten op ondersteuning 2. Dit levert een voordeel op van ca. € 45.000.

 

Uitvoeringskosten jeugdzorg (€ 68.000 nadeel)

Dit betreffen enerzijds uitvoeringskosten voorkomend uit verschillende externe ontwikkelingen zoals veranderende wet- en regelgeving, ontwikkelingen in de demografie en toenemende complexiteit van vraagstukken. Hiervoor zijn structureel extra jeugdconsulenten benodigd. Dit leidt in 2021 tot een nadeel van € 13.000.

 

Daarnaast wordt voorgesteld wordt om eenmalig € 55.000 uit de coronamiddelen van de gemeente Tubbergen in te zetten voor het aanstellen van tijdelijke jeugdconsulenten voor de periode van 2 jaar ten behoeve van het voeren van casusregie en het stellen van indicaties voortkomende uit de gevolgen van corona.

 

De afgelopen periode zijn we geconfronteerd met de gevolgen van de coronacrisis. De effecten van de eerste en tweede lockdown worden steeds zichtbaarder. Hoewel we nog niet precies weten welke emotionele en materiële gevolgen de verscherpte coronamaatregelen hebben op gezinnen, is wel duidelijk dat een veerkrachtig gezin als positieve buffer werkt voor negatieve invloeden van buitenaf. Reflecteren en anticiperen op effecten van de coronacrisis op jeugdigen vraagt een brede blik op de gevolgen van de coronaperiode op gezinnen. Dit betekent niet alleen aandacht voor mogelijk toenemen overgewicht onder kinderen of achterstand in schoolprestaties, maar ook aandacht voor het welbevinden van kinderen en hun ouders en de netwerken van de gezinnen. De jeugdconsulenten signaleren dat de al bekende jeugdigen complexere vraagstukken hebben. Er is meer sprake van multi-problematiek in de gezinnen. Vanuit het voorliggende veld worden activiteiten voor deze jeugdigen aangeboden ter voorkoming van escalatie. De jeugdconsulent voert niet meer uitsluitend de regie over maatwerkvraagstukken, maar wordt ook regievoerder voor jeugdigen in het voorliggende veld ter voorkoming van (verdere) escalatie naar maatwerk.

 

Jeugdzorg (€ 102.000 voordeel)

Dit voordeel betreft een afrekening van de voorschotten pgb versus de werkelijke kosten over de jaren 2018 t/m 2020.

 

Op basis van de zorgconsumptie in het eerste half jaar van 2021 is een prognose gemaakt van de zorgconsumptie over geheel 2021. Deze prognose komt ongeveer conform de begroting uit. Het aantal unieke cliënten is ten opzichte van het eerste half jaar van 2020 nauwelijks gewijzigd. Daarom is er op dit moment geen noodzaak om de begroting bij te stellen. Een eventueel aanvullend financieel effect van de coördinator externe verwijzingen wordt meegenomen in de jaarstukken 2021, dan wel het eerste programmajournaal 2022.

 

(Financiële) Stand van zaken uitvoeringsplan sociaal domein
Het verloop van de beoogde besparing (begroting 2019) en de behaalde besparingen (2019, 2020, 2021) is als volgt:

(bedragen x €1.000) 2019 2020 2021 2022
Beoogde besparing begroting 2019 94 375 520 545
Behaalde besparing 2019 (PJ1) -94 -94 -94 -94
Resterende beoogde besparing 2020 0 281 426 451
Behaalde besparing 2020 (PJ1) 0 -235 -90 -90
Resterende beoogde besparing 2020 0 46 336 360
Jaarstukken 2020  0 -46 0 0
Resterende beoogde besparing 2021 0 0 336 360
Behaalde besparing 2021 (PJ1) 0 0 -200 -175
Resterende beoogde besparing 2021 0 0 136 185

Het nog openstaande deel van de taakstelling voor het jaar 2021 ten bedrage van € 136.000 betrekken we bij het opstellen van de jaarverantwoording 2021 en de nog openstaande taakstelling voor het jaar 2022 ten bedrage van € 185.000 betrekken we bij het opstellen van de begroting 2022.

 

Dividend Cogas

In het 1e programmajournaal hebben we u gemeld dat tijdens de aandeelhoudervergadering (AvA) van 16 december 2020 de aandeelhouders van Cogas hebben ingestemd met de verkoop van het 50% belang in Cogas Kabel Infra B.V. Tevens is besloten dat een dividendafbouwfonds ter grootte van € 25 miljoen wordt ingesteld: 5 jaar lang wordt jaarlijks € 5 miljoen uitgekeerd aan de aandeelhouders zodat de dividenduitkering van Cogas aan de aandeelhoudende gemeenten met het wegvallen van het CKI-dividend voor een periode van vijf jaar op peil gehouden kan worden. Dit betekende concreet dat het dividend dat we al jaren gewend zijn te ontvangen van Cogas nog 5 jaar op niveau blijft en daarna terugvalt naar de helft.

 

Inmiddels hebben de aandeelhouders tijdens de AvA van 25 juni 2021 besloten tot een aanvullende uitkering van € 30 miljoen uit de opbrengst van de verkoop van het 50% belang in Cogas Kabel Infra B.V. Dit betekent voor Tubbergen een extra dividendopbrengst in 2021 van € 1.727.250.

 

Overige dividendopbrengsten

Covid heeft ook gevolgen gehad voor de dividendopbrengsten. Zo mochten Wadinko en BNG geen of maar beperkt dividend uitkeren. De dividendban die de BNG was opgelegd, wordt waarschijnlijk 30 september door de ECD ingetrokken, waarna wellicht meer duidelijkheid komt. De dividendopbrengst van Twence  was echter hoger dan geraamd, waardoor in totaal de tegenvaller op de dividendopbrengsten beperkt blijft tot € 28.400. Dit is exclusief BNG, omdat hier nog meer duidelijkheid over moet komen.

 

Huwelijken

Door corona hebben er in de eerste periode van 2021 veel huwelijken niet plaats kunnen vinden. Veel huwelijken zijn doorgeschoven naar 2022. Dit zorgt voor een lagere opbrengst in 2021, net als in 2020 het geval was. Vooralsnog is de verwachting dat de huwelijken die gepland staan voor de tweede periode van 2021 wel door kunnen gaan. Over 2021 is de verwachting dat de inkomst voor leges huwelijken € 19.000 lager zal zijn dan begroot. Daar staat tegenover dat de salariskosten voor de BABS ook € 3.000 lager zullen zijn.  De per saldo tegenvaller van € 16 .000  betrekken we  in het vervolg van dit hoofdstuk bij de hoogte van de stelpost corona.

 

BTW op aangelegde rioolvoorziening terrein externe partij

De gemeente heeft in 2016 een factuur zonder btw gestuurd naar een externe partij in verband met een door de gemeente aangelegde rioolvoorziening in de grond van deze externe partij . De Belastingdienst heeft de gemeente een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd van €34.948 (inclusief boete en rente) omdat het van mening is dat de gemeente onterecht geen btw heeft vermeld over het factuurbedrag. Volgens de Belastingdienst heeft de gemeente namelijk niet opgetreden, maar als btw-ondernemer waardoor het verplicht is btw af te dragen aan de fiscus. De gemeente is het niet eens met deze beslissing van de Belastingdienst en heeft bezwaar gemaakt. Het standpunt dat de gemeente heeft ingenomen is dat de het als overheid heeft opgetreden en niet als ondernemer omdat de gemeente zijn wettelijke taak als gemeente heeft uitgevoerd en de betreffende externe partij  geen afnemer is van een prestatie aangezien de gemeente gehouden is zorg te dragen voor het rioleringsstelsel (tot het aansluitpunt).


De Belastingdienst komt geheel aan ons bezwaar tegemoet. Dit betekent dat de gemeente een teruggave van €34.948 tegemoet ziet, aangezien de naheffingsaanslag in eerste instantie door de gemeente is betaald. 

 

Overige kleine mutaties en onvoorzien

Het betreft hier een aantal kleinere mutaties op het bestaande beleid

 

Voorgesteld wordt in te stemmen met de aangegeven en toegelichte mutaties op basis van bestaand beleid uit dit tweede programmajournaal 2021 en deze te verwerken in het boekjaar 2021.

 

Specifieke mutaties / Corona

Specifieke mutaties / Corona

Terug naar navigatie - Specifieke mutaties / Corona

 

Zoals we hebben toegezegd komen we in elk van onze P&C documenten met een voortgang en actualisatie van de stelpost corona. Dit doen we dus ook in dit tweede programmajournaal over het jaar 2021. Hierbij nemen we de eindstand van de stelpost corona uit het eerste programmajournaal 2021, als onderdeel van de perspectiefnota 2022, als vertrekpunt voor dit tweede programmajournaal over het jaar 2021. Deze stand kwam rekening houdend met alle aangedragen mutaties uit het eerste programmajournaal 2021 uit op een bedrag van € 523.000.


Uit de toelichtingen op verschillende mutaties uit dit tweede programmajournaal over 2021 blijkt dat de gevolgen van de coronapandemie op meerdere plekken invloed heeft. Zowel in positieve als in negatieve zin. In totaliteit is er in dit tweede programmajournaal rekening gehouden met een voordelig financieel effect van de corona pandemie van € 20.000. Dit bedrag kan als volgt worden gespecificeerd:

Mutaties corona  Bedrag 
bij: extra compensatie inkomstenderving 2020                   77
bij: VeiligheidsRegio twente - restitutie 2020                   60
bij: geannuleerde evenementen                   19
af: 75 + 1 jaar vrijheid                 -10
af: jeugdconsulenten 2 jaar                 -55
af: dividend Wadinko                 -23
af: jeugd aan zet                 -10
af: huurderving sportaccommodaties 1e en 2e  kwartaal                  -18
af: Huwelijken                 -16
af: overige kleine mutaties                    -4
Totaal mutaties corona

                  20

 

Het overgrote deel van de verschillende mutaties is reeds toegelicht onder de mutaties bestaand beleid, dat doen we dus hier niet nogmaals.

 

Aan de mutatie 75+1 jaar vrijheid ligt een afzonderlijk besluit van het college ten grondslag. Vanwege corona konden de oorspronkelijke initiatieven betreffen 75 jaar vrijheid niet doorgaan. Er is contact opgenomen met alle initiatiefnemers. De meeste deelnemers willen alsnog activiteiten uitvoeren ten gunste van het vieren van 75 (+1) jaar vrijheid. De ontvangen subsidie door de gemeente (die ingezet zijn voor de subsidies aan de initiatiefnemers) wordt mogelijk niet in zijn geheel ontvangen. Ondanks het risico van € 10.000 heeft het college besloten de subsidies aan de initiatiefnemers (onder dezelfde voorwaarden) te verlengen tot 31 december 2022. Hierbij is ook een nagekomen verzoek van Canisius aan toegevoegd. De initiatieven voldoen aan de voorwaarden. Dekking van dit financiele risico loopt via de  stelpost corona.

 

Het voordelige financiële effect van de mutaties die het gevolg zijn van de coronapandemie voor een totaal bedrag van € 20.000 wordt conform de eerdere afspraken en de bestendige werkwijze toegevoegd aan de stelpost corona. Deze stelpost laat daarna het volgende beeld zien.

Voorgesteld wordt het voordelige financiële effect van de mutaties die het gevolg zijn van de coronapandemie voor een totaal bedrag van € 20.000  toe te voegen aan de stelpost corona.

 

Gezien het verloop en de omvang van de stelpost corona over de afgelopen anderhalf jaar kan worden geconcludeerd dat de financiële gevolgen van de coronapandemie voor (de begroting van) de gemeente Tubbergen tot op heden volledig gedekt kunnen worden uit de compensatie van het Rijk. De geluiden over de groei van de economie, de afname van de werkloosheid, enzovoort lijken dit beeld ook voor de komende tijd te bevestigen. 

 

In de raadsbrief nummer 2020-65 van november 2020 over ontwikkelingen na het vaststellen van de begroting 2021 heeft het college aangegeven dat het tijdelijk schrappen van de opschalingskorting voor de jaren 2020 en 2021 door het Rijk wordt gezien als onderdeel van de coronacompensatie. Het gaat hier om een bedrag van € 67.000 in 2020 en € 154.000 in 2021. Het betreft hier dus geen feitelijke compensatie voor corona maar het (tijdelijk) schrappen van een oneigenlijke korting.  Hoewel het hiermee gemoeide bedrag van € 221.000 ook als een meevaller voor de algemene middelen kan worden gezien heeft het college aangegeven er voorzichtigheidshalve toch voor te kiezen om ook dit deel van de aanvullende coronacompensatie te reserveren voor de mogelijke financiële gevolgen van de coronapandemie. Dit in afwachting van meer duidelijkheid/te ontwikkelen beleid. Hoewel er nog veen onduidelijk is en blijft voor wat betreft de gevolgen van corona is het college van mening dat de financiele gevolgen van de coronapandemie voor (de begroting van) de gemeente Tubbergen tot op heden volledig gedekt kunnen worden uit de compensatie van het Rijk en dat ook dit deel van de stelpost terug kan vloeien naar de algemene middelen.


Als laatste stelt het college voor om de extra compensatie inkomstenderving 2020 ten bedrage van € 77.000 die is verantwoord en toegelicht onder de mutaties bestaand beleid eerder dit hoofd stuk ook uit de stelpost corona te halen en toe te voegen aan de algemene middelen. Deze compensatie heeft namelijk betrekking op vooral lagere leges bouwen en wonen en lagere leges evenementen over het jaar 2020. De daadwerkelijk lagere (leges)inkosten zijn inmiddels verantwoord in de jaarverantwoording 2020 en niet verrekend met de stelpost corona maar via het resultaat van de jaarverantwoording 2020 ten laste van de algemene middelen gebracht. 

 

Rekening houdend met de hiervoor gegeven toelichting kunnen de volgende bedragen worden onttrokken aan de stelpost corona en worden toegevoegd aan de algemene middelen:

Terug naar algemene middelen Bedrag
 - opschalingskorting  221
 - extra compensatie inkomstenderving 2020 77
Totaal terug naar algemene middelen 298

 

Voorgesteld wordt een bedrag van € 298.000 te onttrekken aan de stelpost corona en te storten in de reserve Incidenteel beschikbare algemene middelen.

 

Rekening houdend met het voorstel om een bedrag van € 298.000 te onttrekken aan de stelpost corona en toe te voegen aan de reserve Incidenteel beschikbare algemene middelen geeft de stelpost corona het volgende beeld:

Herziene stand stelpost corona                 543
Totaal terug naar algemene middelen -298
Resterende stelpost corona                 245

 

Het  resterende deel van de stelpost corona houden we voorzichtigheidshalve in tact in afwachting van te ontwikkelen beleid/meer duidelijk en betrekken we bij het opstellen van de jaarverantwoording 2021.

Budgettaire consequenties

Budgettaire consequenties

Terug naar navigatie - Budgettaire consequenties

Zoals hiervoor in de eerdere paragrafen al is aangegeven in blijkt uit de toelichtingen op verschillende mutaties uit dit tweede programmajournaal over 2021 dat de gevolgen van de coronapandemie op meerdere plekken invloed heeft. Zowel in positieve als in negatieve zin. In totaliteit is er in dit tweede programmajournaal rekening gehouden met een voordelig financieel effect van de coronapandemie van € 20.000.


Dit voordelige financiële effect van de mutaties die het gevolg zijn van de coronapandemie wordt conform de eerdere afspraken en de bestendige werkwijze toegevoegd aan de stelpost corona. Dit betekent dat het voordelige sado uit dit tweede programmajournaal 2021 het volgende beeld laat zien:

Voordelig saldo tweede programmajournaal 2021         1.965
Waarvan corona - ten gunste van stelpost 20
Budgettair effect - saldo tweede programmajournaal 2021         1.945

 

Rekening houdend met het toevoegen van een bedrag van € 20.000 aan de stelpost corona resteert een voordelig saldo van het tweede programmajournaal 2021 van € 1,945 miljoen. Conform bestaand beleid wordt dit voordelige saldo toegevoegd aan de algemene reserve.

 

Voorgesteld wordt het resterende voordelige saldo van het tweede programmajournaal ten bedrage van € 1,945 miljoen toe te voegen aan de algemene reserve.

 

De gevolgen van de verschillende voorstellen uit dit tweede programmajournaal 2021 voor de algemene reserve en de reserve incidenteel beschikbare algemene middelen betrekken we bij het opstellen van de begroting 2022. Daar geven we, zoals u van ons gewend bent, een integraal overzicht van alle incidenteel beschikbare middelen samen met een inzicht in de verschillende claims die er liggen.